Genres: Barok | Rococo / preklassiek
Componisten/uitvoerenden: Carl Philipp Emanuel Bach | Carl Phlipp Emanuel Bach | Johann Caspar Ferdindand Fischer | Johann Sebastian Bach | Wilhelm Friedemann Bach
Opnametechniek: Wijnand de Groot
Het klavichord is een klavierinstrument dat tegelijk met het klavecimbel opkwam en onderging. De verschillen zijn legio.
Sinds de opleving van de Oude Muziek weet iedereen hoe een klavecimbel klinkt. Het instrument met zijn tjirpende klank en sprookjesachtige associaties is niet meer uit ons klanklandschap weg te denken. Het klavichord hoor je wat minder vaak. Liefhebbers halen het af en toe eens van stal voor een concert – vaak een huiskamerconcert, want in grote ruimtes werkt het minder goed.
Een klavecimbel werkt met plectra die een snaar indirect aantokkelen. Dat voel je ook als je speelt: je drukt door iets heen. Een klavichord heeft tangenten, pinnetjes die de snaar direct raken. Hierdoor kun je hard en zacht spelen; dit is zeker een groot voordeel. Nadeel is dat het volume heel gering is. Voor dat doel werd dan ook de piano uitgevonden, die een zaalvullend volume combineert met de aanslaggevoeligheid van een klavichord.
Er is één componist die we bijzonder associëren met het klavichord. Dat is Carl Philipp Emanuel Bach, zoon van Johann Sebastian en algemeen gezien als de grootste componist van zijn tijd. Van hem horen we hier een fantasie en een sonate. Maar ook zijn oudste broer Wilhelm Friedemann Bach komt om de hoek kijken. En zijn vader. Een Franse suite op klavichord herinnert ons eraan dat deze muziek bedoeld is om binnenshuis uitgevoerd te worden, en brengt ons terug naar de kindertijd van Emanuel, toen de muziek van papa Bach de allereerste invloed op zijn eigen stijl werd.