Als onderdeel van ‘Vrije Radicalen’ kunt u vandaag luisteren naar ‘Under the Lemontree #6; Een nieuw deel van een avontuurlijke reeks grenzeloze programma’s waarin de begrippen ‘sfeer & flow’ centraal staan. Under the Lemontree neemt de luisteraars mee op een muzikale reis waarin bijna onmerkbaar gewisseld wordt van stijl en genre. Vanavond laten we u kennis maken met een filosofische, maar wat vasthoudende en daarom soms hardere aanpak. Laat het maar allemaal over uw heen komen.
Exposure komt van een van de meest bijzondere platen van (King Crimson’s) Robert Fripp: Exposure. De plaat heeft tal van gastmusici en heeft een collage-achtige structuur. Bij de derde release zat de versie die indertijd wegens problemen met platenmaatschappijen en rechten niet uitgebracht kon worden. Achteraf gezien niet eens heel erg, want de plaat die we kennen als Exposure is veel sterker. Terre Roche, die er op de foto’s vaak schattig uitziet onder haar cowboyhoed, laat horen dat ze behoorlijk kan schreeuwen. Het is tenslotte onmogelijk om het doel te behalen zonder te lijden…
In 1996 kwam een nieuw tijdschrift op de vaderlandse markt: T.H.D. Vernieuwend qua inhoud en aanpak, namelijk mét cd/cd-rom. Prachtig, maar na drie keer was het klaar, niet vanwege de populariteit, want die groeide, maar vanwege de financiën. Het bleek te duur het blad zó te maken. Op een van de cd’s stond een stuk van de Amsterdamse band Kong, Lumberhome. Bij het optreden stonden de vier leden elk in een eigen hoek en leverde zo min of meer quadrafonische concerten.
Annette Peacock is een gevaarlijke dame; ze verleidt je met haar stem waar je bij staat. Dit nummer lijkt ze er letterlijk in te willen hameren. Ze wordt bijgestaan door een grote hoeveelheid musici. Haar achternaam heeft ze uit haar huwelijk met bassist Gary Peacock. Een van haar eerste tournees was met Albert Ayler. Ooit werkte ze samen met onze eigen slagwerker Han Bennink. Haar platen gaan van experimenteel elektronisch tot strijkkwartet.
Dark Sets In laat zich lezen als een film noir. Zanger/verteller Tom Barman staat als een soort observant buiten de film, maar maakt er gelijk deel van uit. Ondertussen speelt een beklemmende soundtrack op de achtergrond. Waar was je?
Mugstar komt, net als The Beatles, uit Liverpool, maar lijkt meer op een kruising tussen Neu!, Can en Hawkwind. Sunburnt Impedance Machine is zo’n track die je meeneemt en niet meer loslaat; de muziek hypnotiseert je en lijkt oneindig door te gaan. Het orgeltje is zo weggelopen van Terry Riley en de pulserende ‘beat’ geleend van Pink Floyd. File under: psychedelic.
Tunic is Sonic Youth’ lied over Karen Carpenter, de zangeres van het Amerikaanse duo The Carpenters. Karen zong en drumde. The Carpenters was een van meest succesvolle bands ooit. Ze leverde ‘music for the millions’ met lieve, goed gearrangeerde nummers, zoals ‘Close to You’ en ‘We’ve Only Just Begun’. Karen was echter niet gelukkig met haar lijf en hongerde het letterlijk uit. Ze stierf op 32-jarige leeftijd aan een hartstilstand veroorzaakt door anorexia. Bassist Kim Gordon van Sonic Youth schreef deze tekst over haar. U hoort de demo-versie van de speciale editie van Tunic; een iets rauwere versie dan de definitieve.
The Battle of Evermore komt van Led Zeppelin’s vierde plaat, u weet wel, die met Stairway to Heaven erop. Het ‘folky’ The Battle mag er echter ook zijn. Het lied ontstond, zo vertelde Jimmy Page, ter plekke. Page greep de mandoline, die hij nog nooit bespeeld had, en begon. Zanger Robert Plant leek het een goed idee om een soort vraag-antwoord vocalen te hebben en vroeg Sandy Denny, bekend van Fairport Convention, mee te zingen. Het is de enige Led Zeppelin song met een gastzanger(es)! Denny was indertijd onder de indruk van Plant’s vocale capaciteiten; hij kon zo hoog zingen dat zij alle zeilen bij moest zetten om daarbij in de buurt te komen.
Bassist Dave Holland is als een wandelende muziekgeschiedenis. Miles Davis zag hem een keer spelen en vroeg hem voor zijn band. Dat was net de periode van In A Silent Way en Bitches Brew. Mijlpalen in de jazzhistorie. Holland speelde na zijn vertrek met talloze muzikanten, had zijn eigen, kleine en bigbands en bleef steeds weer zoekende naar nieuwe richtingen. Jarenlang weigerde hij basgitaar te spelen, totdat hij in 2012 een nieuwe wending gaf aan zijn kwartet. Met elektrische gitaar en Fender Rhodes was het nodig iets steviger uit te pakken met zijn basspel. En dus…
Army of Me (1995) was Björk’s eerste single in de UK Top 10. De tekst ging over haar broer die ze hiermee opriep weer controle te nemen over zijn eigen leven. De muziek kent een sample uit ‘The Levee Breaks’ van Led Zeppelin (en ook dat nummer staat op de plaat met Stairway to Heaven en The Battle of Evermore). Het nummer kwam alleen uit op single en op cd single en werd later op een Greatest Hits compilatie-album gezet (2002). Haar optreden in Top of the Pops was bijzonder, omdat ze zangeres Skunk Anansie vroeg mee te zingen. De mix van Army of Me, gedaan door Skunk Anansie van de speciale cd-single, laten we hier horen. Het is een heftige!
1. Robert Fripp “Exposure – third edition” (Robert Fripp/Peter Gabriel).
cd: Exposure – DGM DGM0601.
2. Kong “Lumberhome” (Kong).
cd: T.H.D. 02.
3. Annette Peacock “Real & Defined Androgens” (Annette Peacock).
cd: The Aura Years 1978-1982 – Sanctuary Records CMRCD956.
4. dEUS “Dark Sets In” (Tom Barman/dEUS).
cd: Keep You Close – PIAS PIASR510CD.
5. Mugstar “Sunburnt Impedance Machine” (Mugstar).
cd: Echoes– MoJo March 2013.
6. Sonic Youth “Tunic” (Sonic Youth).
cd: “Goo” Deluxe Edition – Geffen 0602498604939.
7. Led Zeppelin “The Battle of evermore” (Jimmy Page/Robert Plant).
cd: IV – Atlantic 8122-79644-6.
8. Dave Holland “The Watcher” (Kevin Eubanks).
cd: Prism – Dare2 Records 88883721802.
9. Björk “Arme of Me – Skunk Anansie remix” (Björk).
cd-single: Army of Me –Mother 579 153-2.