Ernst Toch (1887-1964) – Strijkkwartet nr.10, opus 28 (1921)
- Energisch, 2. Adagio molto, 3. Katzenhaft schleichend, 4. Lebhaft
Uitvoerenden: Buchberger Quartett
CD: CPO
Egon Wellesz (1885-1974) – Strijkkwartet no.4, opus 28 (1920)
- Sehr gehalten, 2. Mässig bewegt, 3. Sehr langsam, 4. Allmählich in ein rasches Zeitmass übergehen, 5. Getragen
Uitvoerenden: Artis Quartett Wien
CD: Nimbus Records
Paul Hindemith (1895-1963) – Minimax (1923)
Selectie: 4. Löwenzänchen an Baches Rand (Konzertwalzer)
Uitvoerenden: Leipziger Streichquartett
CD: MDG
Met zijn Tiende strijkkwartet heeft Ernst Toch zonder enige twijfel een meesterproef afgeleverd. Op de titelpagina van dit kwartet heeft Toch een toevoeging geplaatst: “op de naam ‘Bass’” – zo heette zijn neef, die hem de complete Mozart-editie cadeau had gedaan. De letters B-A-S-S staan in het Duits voor de tonen Bes-A-Es-Es, waar het kwartet direct mee begint.
Het Vierde Strijkkwartet van Egon Wellesz is een directe voorzetting van de weg die hij met het Derde kwartet had ingezet. En opnieuw toont Wellesz hier zijn meesterschap. Voor onze oren is de muziek van Wellesz in deze jaren moderner dan die van Toch. De algehele sfeer ervan past naadloos bij de schilderkunst uit die jaren, van Oskar Kokoschka of Paul Klee, beiden generatiegenoten van Egon Wellesz en Ernst Toch.