Wie was Claude Debussy ?
Claude Debussy (1862 – 1918) was een Frans componist, musicien français, zoals hijzelf schreef. Onder de naam Monsieur Croche (letterlijk: achtste noot) schreef hij felle, belangwekkende kritieken.
Hij was een van de vernieuwers van de 20e-eeuwse muziek, samen met (en misschien nog meer dan) Schönberg en Stravinsky, en had een grote invloed op componisten na hem. Hij liet de klassieke vormen los, zoals de sonatevorm en de symfonie, evenals de klassieke harmonieleer. Dat laatste wil zeggen dat bij Debussy akkoorden ten opzichte van elkaar geen specifieke functies meer hebben, zoals tonica en dominant. Bij Debussy zijn kleur, timbre en ritme even belangrijk als melodie en harmonie. Hij gebruikte ook modale toonladders, hele-toonstoonladders en, beïnvloed door gamelanmuziek, pentatoniek.
Levensloop
Debussy was een goede pianist en ging al vroeg naar het Parijse conservatorium. Hij stond bekend als een recalcitrante theorie- en compositieleerling. Hij won in 1884 de belangrijke Prix de Rome, maar was ongelukkig met het daaraan verbonden verblijf in Rome. Aanvankelijk ging hij graag naar Bayreuth voor de opera’s van Wagner, maar na enkele jaren vond hij Wagners muziek een doodlopend pad.
Debussy had een verfijnde smaak en omringde zich graag met mooie spullen. Hij wordt beschreven als een gecompliceerd mens, overgevoelig en egoïstisch, en had maar weinig vrienden; belangrijk voor hem waren de componist Erik Satie en de dichter Pierre Louÿs. Debussy is tweemaal getrouwd geweest en had één dochter. Hij overleed aan darmkanker die al in 1909 ontstaan was.
Muziek
Zijn muziek wordt vaak impressionistisch genoemd, met een verwijzing naar de vernieuwingen en stijl van de impressionistische schilders. Debussy zelf hield niet van deze term.
Het korte orkestwerk Prélude à l’après-midi d’un faune (1894) betekende zijn doorbraak als componist. De meeste van Debussy’s orkestwerken behoren tot het standaardrepertoire: drie Nocturnes, La Mer, drie Images en de balletmuziek Jeux.
Debussy heeft één opera voltooid: Pelléas et Mélisande (1902), op tekst van Maurice Maeterlinck.
Zijn hele leven schreef hij liederen, zo’n 90 in totaal.
Hij bewonderde Chopin en heeft veel pianomuziek geschreven: o.a. 24 Préludes, 12 Études en 6 Images. Alle stukken hebben beeldende titels; om te voorkomen dat men de preludes als programmamuziek zou beschouwen, schreef Debussy de titel steeds aan het eind van elke stuk.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog wilde hij 6 sonates voor verschillende instrumenten componeren; de 3e hiervan, de vioolsonate, was echter Debussy’s laatste werk.